27 oogst 1917 maandag. Sint Niklaas

Tusschen ’t Stadhuis en het huis Vermeiren op de Groote Markt is de Telegraaf zonder draad door de Duitschers gelegd; de ontvangstkabine is in een huis der Parkstraat. De Flûgwache op den O.L.Vrouwetoren is afgeschaft en naar Nieuwkerken overgebracht.

zie ook Oorlogsdagboeken Rafael Waterschoot wereldoorlog 1914 1918
tot en met 31-08-2017 geen gedichtenblog
tot en met 30-08-1917 geen nieuws overgeschreven uit NRC
verordeningen

No. 385. – 27. AUGUST 1917.
Verordening *** betreffende de verplichting tot aangifte en de inbeslagneming van de afgewerkte voortbrengselen uit koper, brons en geelkoper in handels- en nijverheidsbedrijven, alsook in en aan openbare gebouwen en inrichtingen.
Art, 1. Ter aanvulling van de Verordening van 30 december 1916, C. C. IVa 24446 {Wet- en Verordeningsblad nr. 305) f moeten al de op 1 September 1917 {proefdag) binnen het gebied van het Generalgouvernement voorhanden zijnde voorwerpen en stapels voorwerpen uit koper, brons en geelkoper van de in artikel 2 vermelde klassen, worden aangegeven.
Voorwerpen, die onder toepassing van deze Verordening vallen.
F. Handelsartikelen en voorraden in magazijnen.
Klasse 50. Massa-artikelen, zoals halfafgewerkte en afgewerkte voortbrengselen, ook wanneer zij met de hand voltooid zijn, die op grond van de vroegere Verordeningen nog niet in beslag genomen zijn {b. v. verlichtingsartikelen, garnituren, huishoudelijke voorwerpen enz).
Klasse 51 . In de fabriek vervaardigde siervoorwerpen,
Klasse 52. Bijzondere toestellen voor brouwerijen en mouterijen, h. v., mout- en brouwketels, met inbegrip van de ingebouwde pijpen, verwarmings- en afkoelslangen, enz.
Klasse 53. Bijzondere toestellen voor melkerijen, melkhandelaars en melkverkopers, h. v., melkkruiken, vaten en allerhande toestellen voor melkerijen
Klasse 54. Bijzondere toestellen van de onder G. opgesomde klassen van 55 tot 64.

G. Voorwerpen, die in handels- en nijverheidsbedrijven, openbare gebouwen en inrichtingen in gebruik, d. i. opgesteld of ingebouwd zijn.
Klasse 55. Bijzondere toestellen voor spuitwater- en limonadefabrieken.
Klasse 56. Bijzondere toestellen voor grote wasserijen en strijkerijen.
Klasse 57. Bijzondere toestellen voor lucifersfabrieken.
Klasse 58. Bijzondere toestellen en rekken voor wijnhandels en voor wijnkelders. Klasse 59. Bijzondere toestellen voor andere handels- en nijverheidsbedrijven waarop vroegere Verordeningen niet toepasselijk waren.
Klasse 60. Straatlantaarns,
Klasse 61. Elektrische booglampen. Naast het gewicht aan koper, brons en geelkoper, moet ook het aantal stuks aangegeven worden.
Klasse 62. Metallisch doek voor papier, karton- en dergelijke machines : Naast het gewicht, moeten het aantal stuks de afmetingen en de toestand aangegeven worden.
Klasse 63. rekken en omheiningen, poorten kandelabers van openbare plaatsen, inrichtingen en parken.
Klasse 64. Brandspuiten en blustoestellen.
Klasse 65. Beschuttingsdraden boven de geleidingen van elektrische trams, en dergelijke draden en geleidingen, waardoor geen stroom gaat.
Uitzonderingen.

Art. 3. Deze Verordening is niet toepasselijk op :

1) Met koper, brons of geelkoper overtrokken {b. v. galvanisch) of geplateerde voorwerpen, die vervaardigd zijn uit ijzer of uit een ander niet in beslag genomen metaal.

2) Voorwerpen, die voor ten minste 3/4 uit een niet in beslag genomen metaal bestaan en waarvan de afzonderlijke delen onscheidbaar met elkander zijn verbonden (of met bouten vastgeklonken, aaneengeperst, geweld, enz.).
3) Voorwerpen, die voor godsdienstige doeleinden dienen en die zich bevinden aan en in kerkelijke en andere voor den godsdienst dienende gebouwen en lokalen. De Afdeling voor handel en nijverheid, kantoor voor grondstoffen {Abteilung fur Handel und Gewerbe, Roverwaltungsstelle) kan op schriftelijke aanvraag in bijzondere gevallen h. v. voor voorwerpen van erkende kunstwaarde of geschiedkundige waarde, verdere uitzonderingen alsook vrijstelling van het verbod van artikel 6
Verplichting tot aangifte.

Art. 4. De in artikel 2 (ypgesomde voorwerpen moeten op de daartoe bestemde kaarten van aangifte ten laatste op 30 September 1917, aangegeven zijn bij de Afdeling voor handel en nijverheid, kantoor voor grondstoffen.
Tot maatstaf voor de aangifte dient de op den proefdag {artikel 1) voorhanden hoeveelheid. De formulieren zijn te verkrijgen hij de Orts-” of „Abschnitt kommandanturen’* ; de voorhanden hoeveelheden moeten daarin voor elk der in de kaart van aangifte opgesomde metaalsoorten in kilogram nettogewicht aangegeven zijn. Voor iedere klasse moet een afzonderlijke kaart worden ingevuld. Gaat het vaststellen van het gewicht met bijzondere moeilijkheden gepaard, zoals h. v. voor ingemetselde metalen delen, dan volstaat een gewetensvolle schatting van het gewicht. De voorhanden hoeveelheden van een zelfde eigenaar of bezitter, waarvan het gezamenlijk gewicht per klasse niet meer bedraagt dan 20 kg., moeten niet aangegeven worden ; zij zijn echter juist op dezelfde wijze af te leveren als de voorwerpen, die onder de verplichting tot aangifte vallen. Losmaking’ en afleveringsverplichting.

Art. 5. De voorwerpen, die in artikel 2, alsook in artikel 4, lid 4, in het bijzonder vermeld zijn en die ten laatste op 30 September 1917 niet vrijwillig verkocht zijn aan de Zentrot Einkaufs-Gesellschaft fur Belgien m. b. H., Abteilung Metalle* Kunstherlevingslaan 30, te Brussel, moeten op uitnodiging van de Afdeling voor handel en nijverheid, kantoor voor grondstoffen, binnen den daartoe vastgestelde tijd losgemaakt en afgeleverd worden.
Door het feit van de aflevering gaat de eigendom van het Duits legerbestuur over. Voor de afgeleverde voorwerpen ontvangt de afleveraar in dat geval een ontvangstbewijs ; de Rijkscommissie tot regeling van de schadeloosstellingen {Reichsentschàdigungskommission) stelt volgens de bestaande grondregels de schadeloosstelling vast. De uitnodiging om bedoelde voorwerpen los te maken en af te leveren kan gegeven worden door algemene of bijzondere schikkingen met het oog op bepaalde nijverheidstakken, bedrijven of gewesten. De personen die gehouden zijn aangifte te doen, zijn verplicht de betrokken voorwerpen los te maken en af te leveren,
Aanvullingsvoorschriften,
Art, 6. Overigens zijn de bepalingen van §§ 3, 4,7,9 en 10 van de in artikel 1 vermelde Verordening, alsook de voorschriften van de Verordening van 17 juni 1917, houdende uitbreiding van de strafbepalingen der in verband met de oorlogseconomie uitgevaardigde Verordeningen, dienovereenkomstig van toepassing.
Brussel den 31 Juli 1917,
geen nieuwe affiches uit de collectie KOKW (zal iets voor september zijn)

postkaart OLV kerk